Stipt om vijf uur naar huis, veel koffie drinken, lui, traag. Tja, er bestaan heel wat negatieve vooroordelen over ambtenaren. En die zijn niet altijd onschuldig, zo blijkt uit onderzoek van Universiteit Utrecht en de Erasmus Universiteit Rotterdam.
De onderzoekers doken in de stereotypen van ambtenaren door deelnemers karaktereigenschappen toe te laten wijzen aan verschillende beroepen, zoals de ambtenaar. En daaruit blijkt dat we ambtenaren onder meer niet flexibel vinden en dat ze vooral áltijd op tijd stoppen met werken.
“Een interessante uitkomst uit het onderzoek is dat per inkomensgroep verschilt hoe mensen kijken naar ambtenaren”, vertelt onderzoeker Bestuurs- en Organisatiewetenschap Isa Bertram aan EditieNL. “Mensen uit het bedrijfsleven noemen ambtenaren vaker lui en zeggen dat ze om vijf uur naar huis gaan. Terwijl mensen die weinig inkomen hebben een ambtenaar sneller zouden bestempelen als streng.”
Maar waar komen die vaak negatieve oordelen over ambtenaren vandaan? Arbeidspsycholoog Tosca Gort legt uit: “Heel veel zaken lopen via de overheid. Het beeld dat is ontstaan gaat natuurlijk niet over alle ambtenaren. Er zijn natuurlijk ook veel hardwerkende ambtenaren, maar het is wel zo dat ambtenaren bij het geld zitten. Die zorgen heel goed voor zichzelf.”
Mikpunt van spot
Ambtenaren zijn vaak het mikpunt van grapjes, maar dat imagoprobleem is niet iets om zomaar weg te lachen. “Als het stereotype is dat als ambtenaren lui zijn en jij wilt hard werken, dan kan het dat je er daarom voor kiest geen ambtenaar te worden. En mensen die minder hard willen werken, spreekt het dan misschien meer aan, waardoor je het probleem vergroot”, vertelt Lars Tummers, onderzoeker en hoogleraar bestuurs- en organisatiewetenschap.
Daar waar ambtenaren kampen met negatieve oordelen van buitenstaanders, ervaren ze dat zelf niet zo. Tummers legt uit: “Een consistente factor is dat ambtenaren positiever naar zichzelf kijken dan anderen. Ambtenaren kunnen daardoor het gevoel hebben dat mensen met ze willen werken. Dit terwijl buitenstaanders veelal dus een ander beeld hebben van het werken met, of het werken als ambtenaar.”
Minder vertrouwen
Arbeidspsycholoog Tosca Gort vult aan: “De interne spanning die ontstaat heet cognitieve dissonantie. Je vindt dat je anders bent dan hoe mensen tegen je aankijken. Je hebt zelf het gevoel dat je hard werkt, terwijl de buitenwereld dat beeld niet herkent.”
Het imagoprobleem kan van invloed zijn op de ambtenaren zelf, want blijven ze wel gemotiveerd door al die vooroordelen? Maar daarnaast kan het er ook voor zorgen dat wij minder vertrouwen krijgen in het werk van de ambtenaar.
“Dat je bijvoorbeeld, wanneer je naar het gemeentehuis gaat, al verwacht dat degene achter de balie niet capabel is, of niet het beste met je voor heeft. En dat je als gevolg daarvan de service die je krijgt ook als minder goed ervaart”, vertelt onderzoeker Bertram. Denk dus twee keer na voordat je grapt over de ambtenaar.