Als het kantoorwerk je te veel wordt, is een drastische carrièreswitch niet de enige remedie. Een dag in de week iets totaal anders doen, pakt soms beter uit.
Als teamleider bij een softwarebedrijf heeft Peter Groenewegen (29) de hele dag door meetings of hij zit achter het scherm te programmeren. ‘Er is één constante factor: ik zit continu in mijn hoofd. Wat ik soms vervelend vind is dat ik me een slag in de rondte werk en dat er aan het eind van de dag niets van te zien is. Op mijn bureau staat nog steeds diezelfde laptop.’ Na vier jaar kreeg Groenewegen sterk de behoefte om iets met zijn handen te gaan doen. Sinds begin dit jaar heeft hij er een baan bij als hovenier, nu nog één dag per twee weken, maar hij overweegt er elke week een dag voor uit te trekken. ’s Morgens vertrekt hij om half 7 naar het hoveniersbedrijf en ’s avonds is hij na een frikandelletje met de collega’s rond half 7 weer thuis. Vermoeiend, maar na een dag hard werken staat er wel een strakke schutting. ‘Daar kan ik dan echt trots op zijn. Ik heb heel veel energie, die raak ik gewoon niet kwijt achter een beeldscherm. Ook lekker is om zo’n dag de verantwoordelijkheid uit handen te geven: zeg maar wat ik moet doen.’
Het aantal Nederlanders met een tweede baan naast hun hoofdbaan neemt toe, blijkt uit cijfers van het CBS. Vorig jaar waren dat er 769 duizend, 8,3 procent van alle werkenden. Van alle vaste werknemers had 6,4 procent een bijbaan. Deze groep klust steeds vaker bij als zzp’er: vorig jaar gold dat voor 42 procent.
Consultant Leonie Post (31) is een van hen. Een paar jaar geleden kreeg ze minder plezier in haar werk. Na gesprekken met een coach besloot ze de creatieve kant op te gaan. Ze volgde een avondopleiding interieuradvies, liep stage bij een ontwerpster en besteedt nu al twee jaar een dag per week aan haar eigen ontwerpbedrijf. ‘Stoffen uitzoeken, behangboeken doorbladeren, kleuren bepalen, 3D-tekenen. Heerlijk, je kunt me niet blijer krijgen.’ Toch mikt ze niet op een volledige overstap. Ze zou haar werk als consultant missen. ‘Alleen nog maar over interieur praten, daar kan ik me niet zoveel bij voorstellen. Ik zoek ook complexere vraagstukken om me in vast te bijten.’ Wat Post aanvankelijk tegenhield, was het idee dat ze een radicale keuze moest maken. ‘Ik dacht: als ik er echt voor ga, moet ik alle schepen achter me verbranden. Maar dat hoeft helemaal niet.’
Veel mensen met een vaste baan dromen over heel ander werk, maar durven het niet aan. Arbeidspsycholoog Tosca Gort merkt dat in haar coachingpraktijk. Zo’n plan wordt volgens haar haalbaarder als je het combineert met je oude baan. Het verlangen naar een drastische switch komt volgens Gort vaak voort uit persoonlijke problemen. ‘Er zit vrijwel altijd een vluchtemotie achter, ik heb dat al zó vaak gezien. Een nieuwe omgeving gaat die emotie niet wegnemen, je moet eerst onder ogen zien waarvoor je wegloopt. Bij ander werk kom je dezelfde shit tegen, het romantische plaatje klopt vaak niet.’
Dat laatste ondervond marketeer Pjotr Knoester (31). In coronatijd werd hij gek van het thuiswerken. Hij wilde naar buiten, met zijn handen in de aarde wroeten. Het begon met potplanten op het balkon van zijn Haagse appartement, daarna nam hij het geveltuintje van de buren onder handen. Hij meldde zich bij een hovenier, waar hij een dag in de week mocht meelopen. Dat bleek minder bevredigend dan hij zich had voorgesteld. ‘Een groot deel van de werkzaamheden bleek te bestaan uit straten maken en houten constructies bouwen. Terwijl ik echt iets aan de natuur wil bijdragen. Ik maak me zorgen over het klimaat, ik wil bijdragen aan meer biodiversiteit.’ Knoester besloot zich te storten op het ecologisch beplanten van stadse geveltuinen, om zo ook meer vlinders en bijen te trekken. Hij zegde zijn baan op en begon in de nazomer van vorig jaar met zijn eigen bedrijfje. Het viel aanvankelijk niet mee om genoeg klanten te werven. Hij ervoer financiële druk, zeker omdat zijn vriendin en hij kort daarvoor een kind hadden gekregen. ‘Ik heb onderschat hoe het voelt om zo
afhankelijk te zijn van onzekere inkomsten. Het plezier in tuinieren dreigde daardoor te verdwijnen.’ Na ongeveer een halfjaar vond hij weer een baan voor vier dagen als online marketeer. Nu thuiswerken niet meer nodig is en hij elke dag zijn collega’s ziet, bevalt hem dat ook weer goed. Zou hij uiteindelijk het liefst fulltime willen tuinieren? ‘Voorlopig vind ik deze combinatie ideaal. Het geeft een rustig gevoel.’
Je kunt er natuurlijk ook achterkomen dat een gedroomde baan toch niets voor je is. Derk van Bijsterveldt (33) wilde altijd kok worden. Om het uit te proberen stond hij een paar jaar geleden, naast zijn werk als manager bij een energiebedrijf, een dag per week in de keuken van een grand café. ‘Nadat ik de honderdste hamburger had gebakken, was de creativiteit er wel vanaf. Ik merkte ook dat ik niet verder kwam als ik maar zo weinig uren maakte. Maar vijf dagen per week zag ik het mezelf ook echt niet doen.’ Van Bijsterveldt vond het een waardevolle les. Hij vatte het idee op om mensen te gaan bemiddelen die stage willen lopen naast hun vaste baan. Er bleek behoorlijk wat animo voor te zijn, vooral van mensen met een kantoorbaan die een switch wilden maken naar iets praktisch en creatiefs. Na de stage die Van Bijsterveldt voor ze regelde, kozen ze er bijna allemaal voor die nieuwe activiteit te combineren met hun bestaande baan. ‘Wat ik van hen hoorde was dat de uitvoering van zo’n plan veel rust geeft en dat ze de afwisseling eigenlijk wel fijn vonden. Bovendien kom je er al doende vaak achter dat het nergens perfect is, elk beroep heeft zijn mindere kanten.’ Inmiddels heeft hij het online platform Semiprof opgezet, dat bijklussers in contact brengt met klanten. Ook dat kan een manier zijn om een vaste baan te combineren met ander werk.
De schaarste op de arbeidsmarkt maakt het combineren van banen makkelijker, zegt arbeidspsycholoog Gort. ‘Er zijn nu zoveel opties, dit is echt het moment om zo’n stap te zetten.’ Een dag per week ander werk doen, zal je carrièrekansen volgens haar niet gauw verkleinen. Trek je er twee dagen voor uit, dan kan dat wel eens anders zijn. Gort verwacht dat het in de nabije toekomst ook eenvoudiger wordt om één of twee dagen per week te werken in sectoren waarvoor nu nog een jarenlange vooropleiding nodig is. ‘Kennis is tegenwoordig zo snel achterhaald. Ik denk dat je straks bij de meeste banen gelijktijdig wordt opgeleid. Dan kun je dus ook veel makkelijker de overstap maken naar een totaal andere deeltijdbaan.’
De meeste werkgevers zullen in deze markt ook niet gauw tegenstribbelen als je een dag minder wilt werken, als dat betekent dat je de overige vier dagen blijft. Toen Peter Groenewegen zijn plan om bij een hoveniersbedrijf aan de slag te gaan voorlegde aan zijn leidinggevende, reageerde die positief. Voor één dag per twee weken hoeft hij zelfs geen salaris in te leveren. ‘Je werkt zat, zei mijn manager.’ Wordt het een dag per week, dan zal zijn contract wel moeten worden aangepast. Het werk bij het hoveniersbedrijf verdient beduidend minder. Geen punt, vindt Groenewegen. ‘Ook dan kom ik nog steeds prima rond.’
Bijkomend voordeel is dat tweede baan ertoe kan leiden dat je oude werk in een positiever licht komt te staan. Zo realiseerde Leonie Post zich tijdens haar werk als interieurontwerper hoe belangrijk de samenwerking met collega’s voor haar is. ‘Ik kwam erachter dat interieuradvies best een solo-baan is, terwijl ik altijd in teams heb gewerkt. Ik wil niet alles alleen doen.’ Ook voor Pjots Knoester werkt de combinatie met een kantoorbaan daarom zo goed. ‘Tuinieren doe je in je eentje. Ik heb heus wel wat aanspraak als ik op straat werk, maar de persoonlijke contacten op kantoor wil ik niet missen.’
Bron: NRC